Eerste hulp bij kleine ongelukken kind

Een ongeluk zit in een klein hoekje. Het is fijn om te weten wat je bij huis-tuin-en-keuken-ongelukken moet doen. Maar in sommige gevallen kun je beter de huisarts of huisartsenpost bellen. In ernstige gevallen bel je het alarmnummer 112. Hier lees je welke eerste hulp bij kleine ongelukken je zelf aan je kunt verlenen.

Hier wat tips voor eerste hulp bij kleine ongelukken:

• Bloedneus
  Wat te doen: beide neusvleugels moet je dichtdrukken tegen het neustussenschot. Laat je kind dan met zijn hoofd voorover zitten. Is het bloeden na ongeveer een kwartier nog niet gestopt, vraag dan de huisarts om advies.
• Tand door de lip
  Wat te doen: druk het wondje dicht, doe eventueel een gaasje tussen de lip en de tanden. Ter verkoeling tegen de pijn en tegen eventuele zwellingen kun je er een koude washand tegenaan drukken. Het bloeden zal na een minuut of tien wel zijn gestopt.
• Snijwond
  Wat te doen: laat eerst het wondje een beetje doorbloeden en stelp het af en toe. Zo kan eventuele viezigheid in het wondje makkelijker eruit. Doe er daarna een pleister op.
• Schaafwond
  Wat te doen: spoel het wondje grondig schoon met water. Ontsmet het daarna. Een pleister erop doen is niet nodig.
• Grotere wond
  Wat te doen: met een snelverband of met een gaasje kun je de wond steriel afdekken. Ga met de afgedekte wond naar de huisarts of het ziekenhuis. Daar kunnen ze de schade bekijken en indien nodig de wond hechten.
• Buil
  Wat te doen: je kunt de pijn en een eventuele zwelling een beetje tegengaan door er een koude washand tegenaan te drukken. Ook kun je er speciale builenzalf op smeren.
• Voorwerp in de neus of oren
  Wat te doen: probeer niet zelf het voorwerp eruit te peuteren, want je zou het daardoor ook de verkeerde kant op kunnen duwen. Laat het liever door een arts verwijderen.

Ga in ernstige situaties niet zelf dokteren. Bel dan onmiddellijk het alarmnummer. Mocht je na een ongeluk van je kind, bijvoorbeeld na een valpartij, denken dat het wel meevalt, houd dan toch altijd je kind een tijdje goed in de gaten. Wordt hij op een later moment suf, misselijk of duizelig, raadpleeg dan alsnog een arts.